Karasburg

Karasburg vormt een regionaal centrum in het zuiden van Namibië, met name voor de omliggende schapenboerderijen. Het plaatsje - dat tot 1939 vanwege de warmwaterbronnen Kalkfontein-Zuid werd genoemd - heeft ca. 6500 inwoners en ligt 50 kilometer ten zuiden van Grünau aan de doorgaande weg. Het is iets groter dan Grünau en biedt enkele benzinestations die 24 uur per dag open zijn, evenals enkele banken en een ziekenhuis. Karasburg ontleend haar naam aan de Karasbergen, ten noorden van de stad.

Tot de 19e eeuw leefden in dit gebied vooral de Bondelswarts Hottentotten, een Nama-groepering, totdat in 1898 het gebied rond het huidige Karasburg en Warmbad door een Brits bedrijf werd opgekocht. In eerste instantie werd het bestuur geregeld vanuit Warmbad, maar dat werd in 1935 verplaatst naar Karasburg.

Karasbergen

De Karasbergen is een gebergte in het zuidoosten van Namibië. Het gebergte is erg bepalend voor het landschap in de Namibische regio !Karas. Het gebergte wordt onderverdeeld in het Groot-Karasgebergte in het oosten en het westelijker gelegen Klein-Karasgebergte. Het Karasgebergte is vanwege z’n diepe en steile kloven soms zeer slecht toegankelijk. Door het gebergte stromen de Leeuwrivier, de !Kab en de Gamchab rivier. Op een hoogvlakte ligt de historische stad Khauxa!nas, gesticht in de prekoloniale tijd.De Schroffenstein is met 2202 meter hoogte de hoogste bergtop in het Karasgebergte. De berg ligt in het oostelijke Groot-Karasgebergte, ongeveer tien kilometer ten oosten van de hoofdweg B1 tussen Keetmanshoop en Grünau.

Tegenwoordig vormen de Karasbergen een toeristisch attractie. U kunt er wandelingen maken en wild zien. Vanaf Karasburg leidt een mooie route dwars door de bergen naar Keetmanshoop. U rijdt hiervoor het plaatsje Karasburg uit richting Grünau en gaat al snel rechtsaf de C11 op die overgaat in de C26 bij Vredeshoop. U komt 70 kilometer zuidwaarts van Keetmanshoop op de B1 uit.

Opstand vanuit de Karas-bergen

De Karas-bergen vormden in de jaren 1900 - 1906 een belangrijke schuilplaats voor Jacob Marenga, een Nama die een langdurige guerilla-oorlog tegen de Duitsers voerde. Rond 1905 werd de situatie zo moeilijk dat hij de grens met Zuid-Afrika overstak en ten zuiden van de Oranjerivier verbleef vanwaar hij doorging met zijn guerilla-aanvallen. In 1906 raakte hij gewond door een Duitse patrouille en werd aan het Britse bestuur in Zuid-Afrika overgebracht. Het jaar daarna bracht hij in een gevangenis in Kaapstad door, maar kwam in 1907 weer vrij. Drie maanden later werd hij gedood tijdens een Britse patrouille rond de Oranjerivier ten noorden van Upington.